De zin van ouder worden
We leven langer en gezonder, maar worden eerder als oud beschouwd. En terwijl we de veroudering aan den lijve ervaren, doen we krampachtig ons best om eeuwig jong te blijven. Het is volgens professor Jan Baars hoog tijd dat we anders gaan denken over ouder worden.
Hij benijdt zijn collega’s in de Verenigde Staten, die soms tot ver na hun tachtigste nog volop actief zijn en dan tot de beste inzichten komen. “Het is bijzonder inspirerend om hen bezig te zien. Zij hebben in de loop der jaren in hun vakgebied een overzicht verworven, waar je jaloers van wordt. Je kunt daar geweldig veel van leren.”
Zelf is prof. dr. Jan Baars pas 59 jaar, maar uitgerekend nu hij in de volle bloei van zijn wetenschappelijke leven begint te komen, zou hij eigenlijk al volop aan het afbouwen moeten zijn. “Dat begint in Nederland en ook in de rest van Europa voor de meeste wetenschappers al na hun 55-ste”, zegt de socioloog en filosoof uit Den Bosch. “Hoewel wij officieel tot een leeftijd van 65 jaar mogen doorwerken, moeten we feitelijk al veel eerder stoppen, omdat een goed wetenschappelijk onderzoek vijf jaar omvat en veel voorbereiding vergt. In de praktijk komt dat erop neer dat je rond je 55-ste aan je laatste project begint en ervoor kiest op je 62-ste uit te treden, ook omdat dat in financieel opzicht het gunstigste is.”
Maar wat heeft het leven dan nog te bieden? Achterover leunen en nog vele jaren in ledigheid genieten van de welverdiende rust? De reizen van je dromen maken en de wereld ontdekken? Jan Baars moet er niet aan dénken. “Reizen is leuk, maar gaat gauw vervelen als je het vooruitzicht hebt dat je dat voor de rest van je leven moet blijven doen.”
Daarom wil hij het anders aanpakken en vooral blijven doorgaan met zijn wetenschappelijke werk. “Over een paar jaarmoet ik bij de universiteit stoppen. Het geven van onderwijs zal ik echt gaan missen, want dat doe ik heel graag. Niemand kan mij echter dwingen om mijn onderzoek te staken. Ik ben er al mee bezig een netwerk op te bouwen, zodat ik daarmee in elk geval kan doorgaan.”
Jan Baars is van mening dat er beter zou moeten worden nagedacht over ouder worden. Het is een onderwerp waar hij al jaren onderzoek naar verricht en internationale bekendheid mee geniet. Vijf jaar geleden kreeg hij aan de Universiteit voor Humanistiek in Utrecht een aanstelling als eerste hoogleraar’ in Nederland die zich niet met “ouderdomskwalen” of “ouderenzorg” maar met de betekenis van ouder worden bezighoudt. Onlangs verscheen zijn boek ‘Het nieuwe ouder worden’, waarin hij de problemen rond veroudering in kaart brengt en een nieuwe visie op ouder worden geeft.
Het denken over ouder worden is volgens Baars niet meer van deze tijd, want sluit niet meer aan bij de werkelijkheid. Een voorbeeld daarvan is het starre denken in leeftijd. “We leven langer en blijven langer gezond, maar worden eerder oud genoemd”, zegt Baars. “Een eeuw geleden was het bijzonder als iemand 65 jaar werd en zijn pensioen haalde. Terwijl onze levensverwachting fors is toegenomen, stoppen we eerder met werken. Als je wilt blijven werken, wordt dat louter op basis van leeftijd ontmoedigd, al verloopt de veroudering steeds langzamer en zijn er grote verschillen tussen mensen van dezelfde leeftijd. Je wordt tegenwoordig als 50-plusser al tot de ouderen gerekend, ook al ben je op die leeftijd nog lang niet op of versleten. En degenen die wel versleten zijn moeten doorwerken omdat ze niet oud genoeg zijn voor een goed pensioen. Leeftijd zegt echter niets interessants over ouder worden en gezondheid.”
Gevolg is dat er een steeds grotere groep ouderen ontstaat, die vooral wordt beschouwd als een last voor de samenleving. “In het debat over ouder worden gaat het altijd over geld, over de betaalbaarheid van voorzieningen voor ouderen. Het is prima om te kijken naar de kosten, maar er is meer dan dat. Ouderen worden gezien als een lastenpost, een onproductieve groep die geen positieve bijdrage meer levert in de samenleving. Ze zijn alleen nog van waarde als consument en dat zijn alleen degenen met veel koopkracht.”
Aangezien onze samenleving volgens Baars geen inspirerend perspectief te bieden heeft op ouder worden, zien we het merkwaardige verschijnsel dat mensen krampachtig proberen jong te blijven terwijl ze onherroepelijk ouder worden. ‘Wordt geen rimpelruïne en surf naar erectieplein.nl’, vat hij die boodschap in zijn boek kernachtig samen. Hij wijst op de opkomst van een ‘ouderenmarkt’ en een ‘anti-verouderingscultuur’, waarin miljarden worden omgezet aan viagrapillen, face-liften, borstenliften en billenliften, botox-injecties, voedingssupplementen en anti-rimpelcremes.
Baars vindt dat een heilloze weg, die alleen maar tot teleurstelling en verbittering kan leiden. “De huidigeinvulling van ouder worden is jong blijven in plaats van op een goede manier ouder worden”, zegt hij. “Dat is niet mogelijk om de eenvoudige reden dat je niet eeuwig jong kunt blijven. Hoe meer je meedoet aan de strijd om jong te blijven, des te meer voel je dat dat niet lukt en ga je eronder lijden dat je ouder wordt. We kunnen ons beter richten op een nieuwe invulling van ouder worden, een nieuwe culturele duiding. We moeten nadenken over de zin van ouder worden en dat betekent ook nadenken over de zin van het leven.”
Wie veroudering in één adem verbindt met aftakeling en de naderende dood, gaat eraan voorbij dat we steeds langer leven en steeds langer gezond blijven, vindt Baars. Hij acht het daarom veel zinvoller om veroudering te zien als ‘een proces van toenemende kwetsbaarheid’. “De kwetsbaarheid van het leven, voor ziektes en dood, geldt voor iedereen, ook voor jongeren. Met het ouder worden neemt die kwetsbaarheid toe, bijvoorbeeld doordat steeds meer mensen in je omgeving wegvallen.”
Veroudering betekent volgens Baars ook ‘toenemende ervaringsrijkdom’. “De jarenlange ervaring van ouderen wordt veel te weinig gebruikt. Je kunt ouderen bijvoorbeeld inzetten bij de coaching van jongeren. Het heeft geen zin om ouderen langer te laten doorwerken op plekken die niet interessant zijn en ze ondertussen op grond van hun leeftijd geen bijscholing meer te geven. Dan ga je er nog steeds vanuit dat iemand na zijn 55-ste niets meer waard is. Daardoor stimuleer je mensen in feite alleen maar om eerder te stoppen met werken.”
Baars pleit in zijn nieuwe denken over ouder worden voor een kritische beschouwing van onze hele levensloop. “Ook jongeren hebben baat bij een goed perspectief op ouder worden. Onze levensloop is er nu op gericht dat we in een tijdsbestek van 20 tot 25 jaar alles tot stand moeten brengen. We moeten snel carriere maken, ondertussen voor onze kinderen en soms ook voor onze grootouders zorgen, en in die korte periode voldoende pensioen vergaren voor de vele jaren die ons daarna nog resten. Er ligt een enorme druk op die korte levensfase, doordat we vroeg stoppen met werken. Het zou veel beter zijn om de arbeidsbelasting beter in de levensloop te spreiden en ook ouderen zinvolle taken te geven. Maar vooral om ouder worden als een zinvol proces te gaan zien. Daardoor vergroot je voor mensen de mogelijkheden om hun beste krachten te blijven geven aan de samenleving.”
“De levensloop kent nu een periode van enorme overbelasting gevolgd door een periode van langdurige onderbelasting. Beide hebben negatieve gevolgen, in het ene geval slijtage, in het andere geval depressiviteit. We moeten dertig jaar rennen met als enige toekomstperspectief een leven van verval en zinloosheid. Dat getuigt van een grote armoede van onze cultuur.”
Volgens Jan Baars is het wel degelijk mogelijk om op een goede manier ouder te worden. “Dat begint met het besef dat een zinvol bestaan niet gebonden is aan leeftijd. Je moet je uiteraard realiseren dat het leven eindig is en onder ogen zien dat je een keer dood gaat, maar je moet ook nadenken over wat je wilt doen met de tijd die je nog te leven hebt. Het gaat er vooral om dat je een goede inhoud aan je leven probeert te geven. Je kunt moeilijk vanaf je 55-ste gaan zitten wachten op de dood, want die is vaak nog veel te ver weg.”
Prof. dr. Jan Baars
*Prof. dr. Jan Baars (1947) uit Den Bosch houdt zich al twintig jaar bezig met kwesties die met ouder worden te maken hebben.
*Jan Baars is sinds 2001 als bijzonder hoogleraar Interpretatieve Gerontologie verbonden aan de Universiteit voor Humanistiek in Utrecht.
*Daarnaast doceert hij filosofie van de mens- en natuurwetenschappen aan de Universiteit van Tilburg.
*Onlangs verscheen zijn boek “Het nieuwe ouder worden. Paradoxen en perspectieven van leven in de tijd”. Uitgeverij SWP, Amsterdam